Hoe heurt het eigenlijk? - #1 Het cadeau voor de gastheer

Gepubliceerd: , in Jachtverhalen
De serie ‘hoe heurt het eigenlijk’, oude en eigentijdse gebruiken in De Jacht, begin ik maar direct met een onderwerp dat beginnende jagers wellicht op weg kan helpen. Het cadeau voor de gastheer.
Vele jachtgasten doen dat, als blijk van dank voor de ontvangen uitnodiging.
Wat je het beste als cadeau kan geven laat ik aan je fantasie over en zal van de omstandigheden afhangen, maar vaak is het drank dat je als gastheer krijgt. Maar ik kreeg ook wel vis, vlees, jachtattributen, boeken over het Leven of over de Jacht. Ja, zelfs kauwstaven werden mijn deel.

Hoewel ik dan altijd zeg dat dat niet (meer) nodig is, het cadeautje, toch meen ik daar echt niets van. Ik vind het leuk, zo’n presentje en je weet: ‘wie goed doet, goed ontmoet”.

De beste tip voor beginnende jagers is, om het pakje te overhandigen nog voor de jacht begint. Dat vóóraf, getuigt van intelligentie, want als je dan toch iets geeft, beïnvloedt vooraf hetgeen dat nog moet komen mogelijk in positieve zin.

Als ontvanger maak ik die pakjes direct open. Daar moet je in dit soort situaties niet mee wachten. Want als ze zo slim zijn om het vooraf te geven, dan moet je niet uitsluiten dat ze ook zo sluw kunnen zijn om je een of ander slecht of slap bocht in de maag te splitsen. In dat geval kan je als gastheer alsnog je maatregelen nemen: in plaats van een "garantieplek" geef je zo’n type dan een "Tote Hose Stelle”.

Enfin, vooraf gegeven cadeaus vereisen dus het direct bekijken door de gastheer. Ik maakte op een jachtdag het pakje dat ik kreeg dus onmiddellijk open en dacht: het zal toch niet? Hoewel het wel een origineel en vaak gebruikt jachtattribuut is. Ik ken vele jagers die altijd het altijd bij zich hebben als zij de kansel op gaan. 

Zelf heb ik het in de loop van de jaren slechts een enkele keer meegemaakt dat ik dit cadeau goed kon gebruiken. Want jagers weten het: als de natuur roept, dan moet je haar gehoorzamen. En gênant kan het ook zijn; elke keer als ik daarna die jager uit het naburig veld zag, wist ik mij nauwelijks een houding te geven. Maar het kan ook aanleiding zijn voor veel plezier; ik voelde mij een soort Hans Kazan toen ik mijn collega met mijn ‘verdwijntruc’ in de maling kon nemen.

Kennelijk voelde de gever mijn aarzeling bij de door haar gegeven cadeaus. 

“Ik wist echt niet wat ik je anders had kunnen geven. 
En hier zo maar met lege handen verschijnen, dat leek mij als gaste niet gepast.
 
Toen zag ik deze rollen. 
Kijk eens wat een leuke tekeningen erop staan. 
Echt kunstig gedaan. 

En jullie hadden toch bijna je hele leven teckels”?



Maar dan moeten de vier jongeren nog komen, die samen bezig zijn met de jachtcursus. We hadden ze uitgenodigd om te komen drijven en dat deden ze graag. 

Dat graag lijkt wel logisch, maar is het niet. Het komt voor, dat aanstaande jagers niet van plan zijn om op een uitnodiging in te gaan als ze een dag mee kunnen om te drijven; dan wachten ze wel tot ze hun akte hebben. Alsof gastheren dan in rotten van drie klaar zullen staan om hen als ‘geweer’ uit te nodigen.

Maar goed, tijdens het verzamelen voor de jacht -koffie, thee en koek- komt het viertal wat onwennig binnen. Ieder met iets in geschenkverpakking in de hand.

Dat is aardig, maar niet ‘zoals het heurt’.
De jachtetiquette schrijft immers voor dat drijvers geen cadeaus geven. 
Dat ‘recht’ is voorbehouden de geweren.

Dat leg ik ze uit, terwijl ik natuurlijk hun cadeaus wel snel aanpak met de traditionele woorden dat het echt niet nodig was, maar toch…

Deze etiquette kenden ze nog niet, zoals ze trouwens veel nog niet weten over jagen; maar dat kan nog komen. 

Drie verschillende flessen met inhoud, zo constateer ik tevreden. 
En ook nog wat kleiner pakketjes. Voor elk van de combinanten één. Nieuwsgierig maak ik de mijne open.

Het is een attribuut dat vroeger veel meer dan nu gangbaar was onder jagers.

Een heupflacon, mooi in leer en ook nog eens voor elk van de combinanten gepersonaliseerd. 



Ik ben er zeer verguld mee en in het welkomst- en openingswoord wordt de aanstaande jagers wellicht óók vanwege deze cadeaus een prijs in het vooruitzicht gesteld. De drijver die het vandaag als beste doet kan volgend jaar, mits hij slaagt voor het jachtexamen, weer mee. En dan natuurlijk als geweer.



Of die hen voorgehouden wortel ervoor zorgt dat ze extra goed hun best doen, weet ik niet, maar bij het tableau en de afsluitende speech zie ik ze wat gespannen naar de drie combinanten kijken: wie heeft de ‘hoofdprijs’?

Onnodig allemaal, die spanning, want alle vier zijn ze voor dan als geweer uitgenodigd. Nog wel even slagen voor het jachtexamen natuurlijk.

©TheoM
één moment...