Waar zijn de patrijzen?

Gepubliceerd: , in Jachtverhalen
De patrijzen stonden nog een lange tijd op de wildlijst, maar de jacht er op was toch gesloten. Snapt U het? Ik wel, want de combinatie verandering van het landschap en de onbeheerste toename van predatoren, was de soort bijna funest. Maar er zijn toch nog steeds ongeveer 5.000 broedparen in Nederland. Niet in de laatste plaats door de inspanningen van jagers houden ze zich staande en het bestand breidt zich hier en daar zelfs uit.
En in plaats van verruiming van de mogelijkheden voor jagers om de predatiedruk te kunnen verminderen, behaagde het de wetgever om de patrijs van de wildlijst te halen. Daar schoten de patrijzen niet veel mee op, maar de predatoren wel. ‘Alles liever dan Jacht’ is de tijdgeest, althans bij de wetgever. Het volk denkt er anders over en hangt mede daarom de vlaggen onderste boven. En dat snappen ze in Den Haag dan weer niet. De ‘Kloof”… Maar dat ze bang moeten zijn voor de verkiezingen volgend jaar, is zelfs in die bestuurlijke bubbel inmiddels wel duidelijk geworden.

Ik las in De Volkskrant (27-10-2022) een aardig artikel over de patrijs aan de hand van Caspar Janssen, die soms opvallende observaties doet over flora en fauna. Hij is duidelijk lid van de ‘Groene Kerk’ en op dat laatste kom ik zo nog terug. Caspar was op bezoek bij Willem Maris, in een mooi gebied op de grens van Brabant en Limburg. Willem ken ik door de veldwedstrijden voor staande honden die de Langhaarvereniging daar jaarlijks organiseert.



Het is een prachtig veld, waar de patrijzen het nog steeds goed doen, niet in de laatste plaats door de inspanningen die daar geleverd worden om de habitat voor de patrijs zo optimaal te laten zijn. 

In het artikel wordt er ingezoomd op de neergang van de patrijs: “eerst de DDT, toen de schaalvergroting gevolgd door de monoculturen. Kaalslag.”

Willem Maris, bioloog èn jager, doet aan onderzoek èn bescherming van de patrijs. Op dat onderzoek wordt volop ingegaan. In dat kader worden ook patrijzen gezenderd om zo nog meer te weten te komen over het gedrag van de soort.
‘Overdag houden ze zich op in grasstroken, in struweel of op een vogelakker van Agrarisch Collectief Natuurrijk Limburg, dat voedsel en dekking biedt. Slapen doen ze in een naastgelegen open veld.’

In het artikel wordt vanzelfsprekend ingegaan op de gevolgen die de moderne intensieve landbouw op de stand heeft. Is de situatie voor de soort dan uitzichtloos?  Volgens Willem Maris niet. ‘Patrijzen hebben maar weinig nodig. Iets meer variatie aan gewassen, wat meer braakliggende stukjes land en stroken met overjarig gras, met wat kruiden met zaden en insecten op het juiste moment, en dan kan het weer de goede kant op gaan.’

De journalist en de onderzoeker/jager rijden verder. De journalist signaleert: “Dit is geen calvinistisch landschap, eerder wat slordig, katholiek landschap”. Maris reageert minder vooringenomen: “Het is hier vaak wat rommeliger op en rond de boerenerven”.

En de journalist sluit het artikel af met de quote: “Vandaar wellicht, dat de patrijs hier, per ongeluk, nog net standhoudt”. 

Jammer, hè, die tekortschietende conclusie. En Maris had het nog wel zo gemeld; hij doet aan onderzoek èn bescherming en daar hoort in zijn beleving de jacht bij. Maar dat laatste past natuurlijk niet in het anti-jacht frame van ‘De Groene Kerk’. Predatiebeheer is onlosmakelijk verbonden aan de positieve resultaten die de club, waar Willem Maris deel van uit maakt, daar weet te behalen. 

Echte natuurmensen weten het: Zonder jacht geen wild.
Zeg het voort!

© TheoM
één moment...