Van jachthond naar hofhond
Gepubliceerd: , in Jachtverhalen
Tijdens ons verblijf in Frankrijk werd Diane 12 jaar. Dat is niet en wel oud voor een grote hond. Niet, omdat een voorganger van haar, ze heette ook Diane, maar liefst 14 ½ jaar oud werd. Niet, omdat we voorgangers (ook Dianes, want zo houden we het simpel) ook al moesten laten inslapen (ruim) voordat ze 10 jaar oud waren.
Ze vermaakt zich hier prima, ze is bijna de hele dag buiten en ligt dan op een strategische plek, vanwaar ze de boerderij, de stallen en de oprijlaan in de gaten kan houden. Onverstoorbaar, zoals hofhonden kunnen zijn, maar een hofhond, dat is ze niet van nature. Jagen, vóór en ná het schot, dat was én is haar passie
Maar het jagen, dat is al enige tijd voor haar bijna niet meer mogelijk. Ze wil wel, die natuurlijke passie heeft ze nog volop, maar ze kan het niet meer. Een elleboog met artrose, een hartje dat wat zwak wordt en ruim een half jaar geleden een operatie aan haar schildklier.
Over dat laatste hebben we nog getwijfeld, maar we zijn achteraf blij dat we het toch hebben laten doen. Dit zijn extra maanden, die we met haar hebben en hopelijk duurt haar blessuretijd nog even, waant ondanks alles vermaakt ze zich nog prima. Mee op de duiven of op kraaien of kauwen, dat zou straks nog mooi zijn, niet persé om wellicht een enkel stuk te apporteren, maar gewoon om erbij te zijn. Op jacht...
Het bijzondere is dat het lijkt of haar conditie in heel korte tijd snel kan wisselen. Al twee keer reageerde ze niet als ze op haar kleed lag en ik haar riep. Languit lag ze daar dan. Ademde ze nog wel? Voorzicht raakte ik haar dan aan. Schudde het lichaam een beetje. Trok aan een poot, maar: geen enkele reactie, om dan opeens, als was ze wel heel ver weg, weer ‘onder de mensen’ te komen.
Even later was ze helemaal ‘klaar’ om te gaan wandelen en stond ze ons, kwispelend met haar staart, op te wachten: ‘komt er nog wat van…”.
Dan gaan we maar, een wat aangepast rondje, samen met haar ‘stiefzus’ de teckel. Af en toe is ze toch nog speels, volop haar neus gebruikend, verwijzend waar reewild heeft gemarkeerd, voorstaan voor een houtsnip…, ze heeft het nog prima naar haar zin, zo lijkt het. Maar ook soms hijgend als een postpaard, terwijl we toch heel rustig liepen. Wel op een geaccidenteerd terrein, maar ja, dat kan hier bijna niet anders.
Voorzichtig lopen we met z’n drieën een weide op die behoorlijk stijl naar beneden loopt, richting een beek en dichte dekking. Dan zien we hem staan, het jonge spitsertje. Hij is druk aan het laveien en heeft ons niet bemerkt. Stil kijken we het tafereel aan. Diane gaat zitten om even later, zoals ze nu steeds doet als ik even stil sta, te gaan liggen. Sophie trilt van passie - ‘denk er om, hier blijven’ sis ik, dan gaat ze ook zitten.
De bok werpt op, lijkt onze kant uit te kijken, maar gaat verder met eten, wel regelmatig opwerpend en de omgeving scannend. Dan, opeens, kijkt hij langdurig naar ons. Het is alsof hij denkt: ‘wat is dat nou, waren die er net ook al? Maar wat zullen die boomstam en twee struiken zijn?’ Hij kan het duidelijk niet plaatsen; zijn kop lijkt weer naar beneden te gaan, maar dan besluit hij dat het toch te verdacht is, daar op die heuvel, zo opeens. Hij begint luidkeels te schelden.
Wij blijven nog steeds onbeweeglijk op onze plek, benieuwd wat hij zal gaan doen? Nou, meneer doet nog een keer schijnazen, maar dan besluit hij dat hij zich maar beter uit de voeten kan maken, zekerheid voor alles. Luid scheldend verdwijnt hij met grote sprongen richting de beek en hij verdwijnt in de dekking.
Diane heeft het liggend allemaal rustig aangezien, Sophie trilt nog steeds. “Kom maar,’ zeg ik tegen de honden en wil teruglopen richting de boerderij. Diane komt in de benen en loopt met mij mee, maar als ik om kijk zie ik dat de teckel kennelijk andere plannen heeft. Ze heeft net aangezet voor een sprint achter het ree aan; kansloos natuurlijk, maar ik wil dat niet.
Twee keer een krachterm is voldoende om haar van gedachten te doen veranderen; ze komt met duidelijke tegenzin naar ons toe.
De bok is verdwenen in dekking waar ik ook een wildcamera heb hangen, die wil ik nog wel even nakijken, maar na dit mooie tafereel lijkt het mij beter om eerst de honden terug te brengen. De teckel is nu veel te fel en voor Diane is de wandeling al lang genoeg geweest, eigenlijk al te lang.
Sophie en ik zijn al lang op het terras bij de boerderij als Diane zich ook meldt. Hijgend en kwispelend, ze heeft het ondanks alles hier prima naar haar zin, dat blijkt maar weer. MevrouwM ontfermt zich over de honden en ik loop weer terug naar de weide waar we eerder de bok zagen.
Het is best een aardige wandeling, ruim 750 meter zo leert Google mij, en de laatste 200 meter gaan echt steil naar beneden. Dat is de reden dat deze weide steeds voor braakligging (subsidie!) gebruikt wordt. Ik loop de dekking in, maar dan hoor ik iets, een soort gesnuif. Daar heb ik het niet op, je loopt in deze tijd zomaar in de buurt van een ketel en daar houden zogende zeugen niet van, zo leerde ik hier al eens eerder.
Dan kan ik het geluid beter plaatsen, het is geen gesnuif, het is een bekend gehijg. En ja hoor, daar is ze: Diane is kennelijk aan de aandacht van haar oppasster ontsnapt en heeft -terwijl zij mij niet heeft zien vertrekken- kennelijk toch mijn spoor opgepikt en kunnen uitwerken. Ik blijf een tijdje staan zodat ze een beetje op adem kan komen. Ze is weer direct aan mijn voeten gaan liggen.
Dan lopen we samen langzaam verder richting een drukbelopen wissel waar ik een wildcamera heb geplaatst. Daarop wordt onze komst natuurlijk vastgelegd.
En het spitsertje, dat we eerder gezien hebben, heeft daar kennelijk (voor zo lang het duurt, want de grote jongens kunnen natuurlijk alsnog roet in het eten gooien) zijn territorium, hij stond er die ochtend ook mooi op.
Verbaasd en nieuwsgierig, maar natuurlijk ook attent.
Rustig, heel rustig lopen Diane en ik terug naar de boerderij. Onderweg een paar keer stoppen, even bijkomen. Dat is voor mij geen straf: ik hoor de koekoek en zie zwaluwen, een blauwe kiekendief en baltsende buizerds.
Als we terug zijn bij de boerderij neemt Diane weer haar strategische positie in. Misschien heeft ze ook aanleg om hofhond te worden, maar jachthond, dat zal ze wel blijven.
Tot haar laatste snik.
©TheoM