Het Garantiehaas

Gepubliceerd: , in Jachtverhalen
Ik kreeg door Van de W. een geweer in mijn handen gedrukt. Hij dacht daardoor misschien te voorkomen dat ik zou gaan stropen. Ik kreeg er nog 100 patronen bij en ga, met het geweer, zonder hoes, naar het gemeentehuis voor mijn jachtakte. Zo ging dat, toen.
Een paar weken later mag ik als geweer mee op jacht, waar ik tot dan toe als drijver mee liep. Allemaal goede adviezen krijg ik van al die geroutineerde jagers. Boodschap: wees voorzichtig, schiet liever niet dan ziek, anders wordt Van de W. kwaad.

Daar ga ik, redelijk gespannen, dat wel.
Terugslaande haas: niet schieten.
Haas blijft in de pot liggen: met rust laten.
Haas sluipt uit de pot: niet schieten, het zal wel een moer zijn.
Haas tussen mijn buurman en mij: wees een heer, niet schieten.
Haas vooruit, niet schieten: zo beschadig je de beste delen.
Kortom, het wordt, voor mij, een gewapende wandeling.

Ik denk dat Van de W. het toch een beetje sneu voor mij vindt dat ik niets heb kunnen schieten op mijn eerste echte dag als jager, of positiever, hij stelt wellicht mijn voorzichtigheid erg op prijs. Bij de laatste drift, ik heb nog steeds niet geschoten, word ik gesommeerd mij op een dam achter een hek te posteren.

Daar zit ik dan, de linie komt op mij af.
Hazen gaan naar links en naar rechts, maar niet naar mijn post.
Totdat een haas, heel rustig en op zijn gemak op mij afkomt.
Niet schieten op zo’n scharrelend dier , dat is vast niet weidelijk.
Het haas maakt kegel. Niet schieten, want idem.

Maar dan drukt het haas zich. 
Opletten, straks kan het gebeuren, mijn eerste haas…
De linie nadert het haas.
Het haas blijft liggen.
De linie loopt het haas voorbij.

"Niets geschoten?", vraagt Van de W., "Ik was ervan overtuigd, dat je daar op een prima plek zat, daarom heb ik je daar neergezet”. 
Ik wist toen nog niet dat zoiets een garantiehaas heet.

©TheoM
één moment...