Groepsverkrachtingen bij eenden (Anas platyrhynchos)

Gepubliceerd: , in Jachtverhalen
Of het alleen met de koude van de afgelopen dagen te maken heeft, weet ik niet. Maar feit is dat het aantal eenden in de singels in ons dorp opeens is toegenomen. Vanuit onze tuin telde ik er maar liefst 28. En, jagers zal het niet verbazen, slechts 4 daarvan waren eendjes. Een paar dagen later was het aantal woerden inmiddels gegroeid tot 39. En er waren 3 eendjes bijgekomen. De verhouding man: vrouw is hier dus 39 : 7, een wanverhouding dus.
Het is niet voor niets dat de meeste jagers bij de keuze voor het schot tussen een vrouwelijk of mannelijk eend, bijna altijd voor de laatste kiezen.

Sommige jagers zijn daar bijna maniakaal in. Daarvoor past slechts hulde, bijvoorbeeld met een mooi bloemstuk.



Hopelijk leidt hun ‘uitdunnen’ van het bestand woerden ertoe dat er iets meer pullen de kans krijgen op te groeien. Want hoewel de meeste opmerkingen rond het broedseizoen over de groepsverkrachtingen van eendjes gaan, is de fase daarna mogelijk belangrijker voor de voortplanting door de soort dan de daad, in dit geval dus de daden, zelf.

Groepsverkrachting zou onderdeel van een evolutionaire strategie van de eend zijn. “De verkrachting is een natuurlijke voortplantingsstrategie van eenden, waarbij de vrouwtjes eend er zelf voor zorgt dat het zaad van het 'beste' mannetje haar eieren bevrucht. (..) Verkrachtingen hebben niets met verveling of agressie te maken", aldus Kees Moeliker, de bioloog die wereldberoemd werd met zijn optredens over de necrofiele eend. Als het over verkrachtingen gaat moet hij dus wel een deskundige bioloog zijn.

Nee, het lijkt er meer op dat er sprake is van een degeneratie van de wilde eend als soort, althans voor zover dat gaat over de urbane variant. Er is zo langzamerhand veel miskleur van tamme eenden ingefokt en het scherpe lijkt ervan af. Het gedrag van de eend is waardeloos, zij leveren geen echte zorg. Ze laten de pullen maar wat aanrommelen en dát lijkt mij de grootste oorzaak voor de verliezen. Er zijn daar immers predatoren genoeg, zoals de snoek, de huiskat, de reiger en bij ons in het dorp zelfs de roerdomp.

Nee, dan de krakeend, die in onze velden gigantisch in aantal toeneemt, kijk hoe die eendjes met hun kroost omgaan, daar zie ik nog ‘echt’ wild gedrag.

Nee, het ‘wilde’ eendje in de singels houdt zich maar minimaal met haar kroost bezig (op de eend na die mijn teckel aanviel). En dat hebben niet alleen wij in de gaten, maar de woerden ook! Terwijl zij met haar pullen rondzwemt, zitten er al een paar woerden vol testosteron in de wachtkamer om opnieuw te ....

Of haal ik hier oorzaak en gevolg door elkaar? En zou het gedrag van die woerden de veroorzaakt worden door het gedrag van de eendjes? Een oude jager die ik deze stelling voor legde reageerde kort en bondig: “ik denk dat het gedrag van het eendje leidend is voor de woerden. Loskonten zijn het tegenwoordig, sletten!”

Vroeger zou ik zoiets gewoon opschrijven, maar of dat in deze tijd van #Me Too nog kan? Voor je het weet heb je de Vogelbescherming in je nek. 

©TheoM
één moment...