Vraatschade: reeën op een drukjacht en bejaging met nachtzichtapparatuur

Gepubliceerd: , in Columns & opinie
Ik ben er geen voorstander van de jacht op reewild tijdens een drukjacht. Op onze Duitse drukjachten gaven we het reewild dan ook niet vrij. Te veel en te vaak zag ik op het tableau reeën liggen die totaal verrot geschoten waren. Ik gebruik expres het woord verrot, het dekt de lading.
En ja, ik weet dat -met name op de Staatsjachten- het reewild wel wordt vrijgegeven. Vaak met de uitdrukkelijke ‘opdracht’ om ze, als de kans zich zou voordoen, ze te schieten. Soms zeggen ze er dan nog wel bij om alleen te schieten ‘als ze met vier lopers aan de grond staan’. Met andere woorden alleen als ze stilstaan. Toch kunnen velen hun vinger dan kennelijk toch niet rechthouden. Er wordt zelfs op ‘hochfluchtiges’ reewild geschoten.

Dat het reewild op die jachten geschoten ‘moet’ worden is een opdracht van hogerhand in verband met de vraatschade. Dezelfde hogerhand heeft ook opdracht gegeven om niet meer in te rasteren om op die manier die schade te voorkomen. De bosbouw is van integraal onderdeel van natuurbeheer steeds nadrukkelijker een economische activiteit geworden. En dan is de keuze snel gemaakt:  schieten is veel efficiënter.  Zeker als dat (massaal) gebeurt door betalende gasten. Na afloop wordt er ook meestal geen tableau meer gemaakt. Met een beetje geluk krijg je nog wel een breuk. En zo is de jacht in vele van die staatsbossen -na decennia van zorgvuldig beheer- een compleet economische activiteit geworden. Aanmelden-betalen-schieten-breuk und ‘Auf Wiedersehen’.

Ik steek mijn mening meestal niet onder stoelen of banken en krijg dan soms tegengeworpen dat dit nou eenmaal Jagen 2.0 is. Of dat het nou eenmaal geen jacht, maar beheer is.

Ja, zo praat je alles goed, zelfs het schieten van reewild met nachtzichtapparatuur. Toen ik daarvan voor het eerst hoorde vroeg ik nog argeloos, hoe je dan kon aanspreken. Het bleek niet nodig, want het was in het kader van…, ja precies van beheer.

Ik keek eens op de sites van de KNJV en de NOJG of zij een standpunt hebben op dit soort nachtjacht. Ik kon het niet vinden. Alles voor het ledenaantal, zal de gedachte zijn, ‘hier branden wij onze vingers niet aan’.


Bron:  LJV-RLP "Tegen jagen met nachtzichtapparatuur op schalen wild

Nee, dan onze Duitse zustervereniging. Hun standpunt over deze jacht met nachtzichtapparatuur is duidelijk.  Er is geen woord frans bij:

“Aus jagdethischer Sicht ist es nicht zu akzeptieren, dass 24/7 ein Kampf gegen das Wild geführt wird. Probleme mit erhöhtem Verbiss in den Verjüngungsflächen können auch durch eine intelligente wildbiologische Raumplanung gelöst werden“.
En het is ook niet de oplossing voor de beperking van de vraatschade, is hun standpunt:
“Eine Nachtjagd auf Schalenwild verschärft aus wildbiologischer Sicht die Probleme beim Waldumbau. Das Wild traut sich aufgrund einer zeitlich fast unbegrenzten Bejagung kaum noch aus den Dickungen und Einständen. Befinden sich die Einstände in Naturverjüngungen, führt das häufig zu einem gesteigerten Verbiss“.

Het LJV vreest dat de in RLP voorgenomen nachtjacht op moeflons eenvoudig leidt tot de uitbreiding van de nachtjachtmogelijkheden naar het rood- en reewild. 

“Dies lehnt der Landesjagdverband strikt ab und kündigt schon jetzt rechtlichen Widerstand an, sollte es zu einer Ausweitung der Nachtjagd kommen“.

Wat vinden onze belangenbehartigers? Hoe zit het met een opvatting vanuit ‘’jagdethischer Sicht’? Hoe verhoudt het zich tot de weidelijkheidsregels? 

Weidelijkjagen is een werkwoord, het moet geen papieren tijger zijn.

En voor de schutter: ingaan op een verzoek van een jachthouder, of zelfs op een opdracht door de Staat of Provincie, met een beroep op ‘Befehl ist Befehl’,  zal degene die de trekker uiteindelijk overhaalt niet vrijpleiten 

©TheoM
één moment...