Position paper – wolven en de wetenschap in Nederland

Gepubliceerd: , in Artikelen
Op persoonlijke titel, P.C.Bouwmeester.

Deze verklaring is schriftelijk aangeboden aan de Staatssecretaris van het Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, Dhr. Jean Rummenie. Hierbij heb ik hem verzocht, om bij een eventueel verzoek aan de WUR  om verdere adviezen betreffende de wolf, erop aan te dringen ALLE gepubliceerde wetenschappelijke standpunten mee te wegen. Hierbij heb ik mijn verdenking van wensdenken bij onze deskundigen tot uiting gebracht.
Betreffende de standpunten aangaande de wolf, zoals verkondigd in de publieke sfeer in ons land door personen, die gezien worden als wolvendeskundigen, onder de paraplu van de WUR (Wageningen University & Research), stel ik vast:

  1. dat het narratief, verspreid door deze groep veronderstelde deskundigen, niet of te weinig rekening houdt met bevindingen van wetenschappers uit landen, waar eeuwenlange ervaring is met wolven, zoals bijvoorbeeld Canada, de Verenigde Staten, de landen van de voormalige Sovjet Unie en India, en die daar uitgebreid over hebben gepubliceerd. 
  2. dat een aantal van deze bevindingen sterk in strijd zijn met genoemd narratief
  3. dat deze strijdigheden behalve de ecologie en economie in sterke mate de veiligheid betreffen
  4. dat er aanwijzingen zijn, dat deze strijdigheden en de betreffende wetenschappers weldegelijk bekend zijn bij genoemde groep en bewust genegeerd worden en zelfs een autoriteitsargument (in negatieve zin) niet geschuwd wordt. Zie het artikel van Art Huiskens: 
  5. dat men hiermee de verdenking van wensdenken op zich laadt – een doodzonde in de wetenschap.
  6. dat wetenschappers daarentegen ten alle tijden open moeten staan voor studies, die hun eigen overtuigingen en/of resultaten zouden kunnen ontkrachten. Ja zelfs bewust daar naar op zoek moeten gaan (falsifiëren).
  7. dat wetenschappers of personen, die zich publiekelijk enige autoriteit aanmeten, bij de voorlichting aan het publiek in deze de verantwoording dragen voor eventuele negatieve gevolgen van slecht gefundeerde uitspraken. 
  8. dat autoriteit, of het gebrek daaraan (zoals bij ondergetekende), geen wetenschappelijk argument is. Alleen argumenten en feiten tellen.

De buitenlandse wetenschappers, op wie ik met name doel, zijn:
Will N.Graves, zijn meest bekende boek: Wolves in Russia, ISBN 978-1-55059-332-7, de neerslag van 50 jaar research in de landen van de voormalige Sovjet Unie.

Dr. Valerius Geist, verbonden aan de University of Calgary, Ecologie, 50+ jaar veldwerk, een indrukwekkende lijst publicaties. Hier o.a. van belang:
  • When do wolves become dangerous to humans
  • Biological predator deserts in Siberia and North America
  • Why the wolf does not belong into settled landscapes

Geist waarschuwde Europa al in 2019 tijdens een internationaal congres in Halberstadt voor een niet op wetenschappelijke feiten gebaseerde omgang met de wolf.

Arthur Bergerud, gespecialiseerd in populatiedynamiek, met name de relatie wolf-kariboe. Een overzicht van zijn werk is hier te downloaden. Hier van belang: The Caribou Conservation Conundrum (The Real Wolf, chapter 8, zie volgende punt)

Ted B.Lyon, schrijver/samensteller van ‘The Real Wolf’, ISBN 978-1-59152-127-3. Dit boek  bevat bijdragen van 10 wetenschappers, onder wie boven genoemden Bergerud en Geist.

Verder is volgens Will Graves een schat aan wetenschappelijke kennis voorhanden in het Russisch taalgebied. Een medewerker, die die taal beheerst, zou van grote waarde zijn in een wetenschappelijke omgeving (advies van Will N.Graves).

Over de volgende punten moet duidelijk en publiekelijk een gedocumenteerd uitsluitsel komen van de kant van onze wetenschappers:

  1. Wat is de waarschijnlijkheid van aanvallen van de wolf op mensen in bewoond gebied op de korte en lange termijn? Is de 7-stappen theorie van Geist in dit verband een goede leidraad?
  2. Kunnen de omstandigheden, die volgens Geist e.a. een voorwaarde zijn om met de wolf te kunnen samenleven, wel of niet als juist beschouwd worden?
  3. Zijn er mogelijkheden deze omstandigheden in ons land te verwezenlijken?  
  4. Is de aanname, dat de wolf goed is voor onze biodiversiteit, verdedigbaar in het licht van de beweringen van Geist e.a. aangaande het begrip ‘predator pit’?
  5. Is in hetzelfde licht gezien de aanname, dat een wolvenpopulatie in ons land zich vanzelf zal stabiliseren in relatie tot het natuurlijke voedselaanbod, verdedigbaar?
  6. Is de aanname, dat in ons land zich een min of meer stabiele wolvenpopulatie ruimtelijk kan handhaven zonder ons land onleefbaar te maken, verdedigbaar in het licht van de populatiestudies van Bergerud?

Bij het onderzoeken van deze punten zijn er drie uitkomsten mogelijk:


  1. Geist e.a. hebben aantoonbaar ongelijk: geen verandering in paradigma is nodig.
  2. Geist e.a. hebben aantoonbaar of zeer waarschijnlijk gelijk: een grote en onmiddellijke verandering in onze aanpak is nodig, en wel - gezien de ernst van de zaak – zonder eerst te wachten op aanpassing van Europese wetgeving. Een en ander geldt ook voor het zojuist verschenen Wolvenplan-2025.
  3. Er is geen duidelijke positie in te nemen: in dit geval moet de veiligheid prevaleren volgens het voorzorgsprincipe.

Disclaimer: 
Persoonlijk maak ik geen enkele aanspraak op enige autoriteit op dit gebied, noch heb ik bij benadering alles gelezen wat hierover in ons land is gepubliceerd. Mijn achtergrond is hierbij irrelevant.

P.C.Bouwmeester
April 2025
één moment...