Cox in de Hoeksche Waard

Gepubliceerd: , in Jachtverhalen
“Ik dacht: als ik oud ben, kom ik terug naar de stad”, las ik in een interview met hem in de Volkskrant. Maar daar is Gerard op teruggekomen. De stad is veranderd, teveel veranderd. En daarbij komt, hij is domweg gelukkig in de, onze, Hoeksche Waard. Vanaf 8 september was hij wekelijks te zien in het RTL-programma “Beter laat dan nooit”.
Het is natuurlijk marketing, zo’n interview, en met marketing was Gerard, als kleine zelfstandige, altijd al mee bekend. Ook onze KNJV, de jagersvereniging, had de marketing en de combinatie marketing en Gerard Cox al jaren geleden ontdekt.

In De Jager (5/2004) stond een groot interview met Gerard over zijn kijk op de jacht en het zal niet verbazen: die was positief. “Jagen is gewoon fantastisch”, was de kop bij het artikel.
Ik werd getroffen door een passage in dat interview, waarin hem gevraagd werd of hij wel eens gejaagd had. “Dat niet”, antwoordde hij: “maar als ik ooit gevraagd zou worden, zou ik zeker ja zeggen”.

Nou woont Gerard niet alleen in de Hoeksche Waard, hij woont zelfs in ons jachtveld. Dus na overleg met de jachtmaten werd besloten hem voor een van onze jachtdagen uit te nodigen.

Of het even slikken voor hem was, weet ik niet, maar na ampel beraad ging Gerard op onze uitnodiging in en op de afgesproken datum meldde hij zich bij de boerderij waar wij verzamelden. 
Hij bleek een aardige, joviale vent te zijn, een heer bijna, want hij leek in de verste verten niet op Jaap Kooiman, de rol die hij speelde in “Toen was geluk nog heel gewoon”.

Hij trof het niet, we gingen die ochtend over de vollen, de zon glinsterde op de pas omgeploegde vette klei. Het had die nacht geregend en er stond een stevige zuidwester. Zijn mooie -rode- leren laarsjes waren ook niet bepaald de juiste uitrusting, al spoedig liep hij in die laarsjes te soppen.
Maar, eerlijk is eerlijk, hij liet zich niet kennen, al liet hij het dragen van de geschoten hazen aan anderen over, dat was kennelijk een brug te ver. En toen hij door een hond die hij even aan de lijn hield omver werd getrokken en languit is de klei lag: hij gaf geen krimp.

Na afloop van de ochtenddriften werd weer bij de boerderij verzameld, voor een pijnstillertje alvorens we de lunch zouden gaan gebruiken bij Platte Reedijk. Nadat Gerard het jachtbittertje naar binnen had geslagen, keek hij ons eens vriendelijk aan en sprak de woorden: “Heren, het was mij aangenaam, maar genoeg is genoeg”. Met een ferme zwaai met zijn arm stapte hij in zijn auto en vertrok. En alsof het geregisseerd was, juist op dat moment reed er iemand op een racefiets voorbij over de Blaaksedijk.

Precies: zo’n lekkere strakke meid op een racefiets…, een van zijn latere succesnummers.

©TheoM
één moment...